Zaanse zilversmeden sinds 1600

We verwachten eind 2023 een boek te publiceren dat nu nog de werktitel “Zaanse Zilversmeden sinds 1600” heeft. Oorspronkelijk was het de bedoeling om in ons eerste boek “Zilveren Meesterwerken uit de Zaanstreek” een hoofdstuk te reserveren voor alle zilversmeden die sinds 1600 in de Zaanstreek gewerkt hebben. Maar dat onderzoek leverde zo veel informatie op dat we besloten hebben om hier een aparte uitgave van de maken.

Zaanse Goud- en Zilversmeden

Van 1600-1728 waren er in de Zaanstreek 21 zilversmeden actief. Zij moesten hun werken laten keuren in Haarlem.
Van 1728-1795 was het formeel verboden om in de Zaanstreek het beroep van zilversmid uit te oefenen.
Na 1795 hebben we nog eens ruim 100 zilversmeden gevonden zodat we van zo´n 120 zilversmeden een korte biografie kunnen vermelden. Verder geven we aan wat hun specialisme was en waar hun winkels gevestigd waren.
Dit leverde soms hele verrassende verhalen op. Zo bleek een vrouwelijke kashouder in de 17e eeuw verwikkeld te zijn in een proces met de echtgenote van admiraal Michiel de Ruyter omtrent diens erfenis. Haar echtgenoot voer als kapitein mee in de oorlogsvloot van zijn zwager Michiel de Ruyter.
Het boek bevat uiteraard ook een overzicht van alle meestertekens en van de goud- en zilvermerken van Haarlem en van De Waarborg.

Zaans zilver

Het onderzoek naar zilver van de 17e-eeuwse Zaanse zilversmeden loopt nog.

Helaas zijn bijna alle archieven die een overzicht bevatten van geregistreerde meesters met de bijbehorende tekens verloren gegaan. De enige methode om een dergelijk overzicht te reconstrueren, is door uitgebreid onderzoek te doen naar oude zilverwerken en naar vermeldingen in oude akten uit de archieven. We hebben de resultaten van eerdere onderzoeken grondig bestudeerd en ons eigen onderzoek daaraan toegevoegd. Desondanks zijn we ervan overtuigd dat er nog veel meestertekens niet ontdekt zijn en wellicht ook nooit meer ontdekt zullen worden.

Bij eerdere onderzoeken zijn al veel meestertekens toegeschreven aan Haarlemse zilversmeden, maar altijd zonder rekening te houden met nog niet ontdekte meesters uit  Haarlem of de omringende dorpen. Daardoor zijn helaas foute conclusies getrokken. Om te bepalen welke meestertekens mogelijk toe te schrijven zijn aan zilversmeden uit de omliggende dorpen hanteren we de volgende criteria:

  • Meestertekens die nog niet eerder zijn toegeschreven, of die zijn toegeschreven op basis van controversiële uitgangspunten.
  • Meestertekens die voornamelijk voorkomen op objecten die in dorpen rondom Haarlem zijn aangetroffen, kunnen door lokale zilversmeden gemaakt zijn.
  • Meestertekens die op een variëteit aan objecten voorkomen zijn waarschijnlijk door zilversmeden uit de dorpen gemaakt. In Haarlem waren alle specialisaties vertegenwoordigd. Het was daar zeer onwaarschijnlijk dat men bijvoorbeeld knopen zou bestellen bij een grootwerker. In de dorpen waren echter geen specialisten zoals draadwerkers en makers van knopen of poppengoed. De specialistische voorwerpen werden daar besteld bij de gevestigde grootwerker, die ze vervolgens door een specialist in Haarlem liet maken.
  • Meestertekens die voorkomen na 1730 kunnen niet aan zilversmeden uit de dorpen toebehoren omdat ze in dat jaar wegens een plakkaat van de Staten van Holland en West-Friesland geroyeerd werden door het gilde.

Na het verkrijgen van een overzicht van de relevante meestertekens volgt een zo mogelijk nog ingewikkelder proces om een verband te leggen tussen een meesterteken en een zilversmid. Hiervoor hebben we zoveel mogelijk achtergrondinformatie verzameld over de zilversmeden, zoals hun vorige beroep, de naam van het pand waarin ze werkten, het adres, hun bijnamen, hun religie, enzovoort. Verder kunnen overeenkomsten in meestertekens, in stijlen of technieken, aangeven dat er een relatie bestaat tussen de zilversmeden.

Het vaststellen van dit verband is echter geen exacte wetenschap, maar eerder een kansberekening. Door alle beschikbare informatie te analyseren en te vergelijken, kunnen we patronen en overeenkomsten vinden die mogelijk leiden tot het toeschrijven van een meesterteken aan een specifieke zilversmid. Het is een proces van het verzamelen van bewijsmateriaal, het maken van veronderstellingen en het trekken van conclusies op basis van waarschijnlijkheid. Het is belangrijk om te begrijpen dat dit proces niet onfeilbaar is en dat er altijd onzekerheid kan zijn bij het toewijzen van meestertekens aan individuele zilversmeden. Sommige gegevens kunnen ontbreken of tegenstrijdig zijn, en er kunnen beperkingen zijn in de beschikbare historische bronnen. Het vereist daarom een zorgvuldige en kritische benadering bij het maken van deze verbanden en het presenteren van de resultaten van het onderzoek.

Goud- en zilversmidsgilden

1503 Plakkaat van Filips de Schone

Volgens een plakkaat van Filips de Schone uit 1503 waren in Holland en West-Friesland de zilversmeden verplicht om al hun werken te laten keuren in de dichtstbijzijnde stad die over een deken beschikte. Voor de Zaanse zilversmeden betekende dit dat zij naar de deken van Amsterdam moesten om hun werk te laten keuren.
Het goud en zilver dat de smeden gebruikten had dezelfde waarde als muntgeld. Het was de taak van de deken om erop toe te zien dat de werken van de smeden voldeden aan dezelfde kwaliteitseisen die ook voor muntgeld golden.
Een werkstuk dat niet voldeed werd onherroepelijk stukgeslagen.

Jan de Bray. Sint Lucas Gilde Haarlem 1675.

Later namen de goud- en zilversmidsgilden het keuren over van de dekens.
Maar voor de Zaanse zilversmeden maakte dat weinig verschil. De Zaanstreek werd beschouwd als platteland en beschikte daarom niet over een eigen gilde. Het Zaanse zilver moest nog altijd in Amsterdam gekeurd worden.
Vanaf c1680 besluiten de Zaanse zilversmeden om zich aan te sluiten bij het Haarlemse Sint-Lucasgilde in plaats van het Amsterdamse gilde.
De machtige stadse gildeleden beschouwden de omzet van de zilversmeden buiten de stadsmuren al enige tijd als ongewenst en in 1728 konden ze het Hof van Holland overtuigen om zilversmeden buiten de stadsmuren te verbieden nog langer hun beroep uit te oefenen.
De Zaanse zilversmeden legden zich hier echter niet bij neer.

Zilverwerk als Zaans Erfgoed

Een van de doelstellingen van het boek is om het zilveren Zaanse erfgoed vast te leggen. En daar hoort ook het antieke zilver bij dat niet gemaakt is door een Zaanse zilversmid maar wel een belangrijke rol gespeeld heeft in de Zaanse geschiedenis.
Daarbij valt te denken aan de oude ambtsketens van de Zaanse dorpen, divers zilverwerk met inscripties, tabaksdozen met graveringen van de Zaan en de Dam, gedenkpenningen, prijsbokalen, enz.



Ambtsketen van Zaanstad

Een Oproep

We zijn voor fotografie nog altijd op zoek naar gouden of zilveren voorwerpen die door Zaanse goud- of zilversmeden zijn gemaakt.

Mocht u een zilveren voorwerp in uw bezit hebben waarvan u weet dat het in de Zaanstreek gemaakt is, of met een verpakking van een Zaanse winkel, stuur ons dan s.v.p. een bericht.